Rik Wouters, Interneringskamp te Zeist (1914), Stedelijke Musea Mechelen, inv. nr. G/55.
“De Groote Oorlog” is voor tal van Mechelaars een periode van zware ontberingen geweest. In de eerste maanden van de strijd verlaat het merendeel van de inwoners de stad aan de Dijle om pas na weken weer terug te keren. Velen zullen evenwel jarenlang wegblijven. Alfred Ost en Albert Geudens wijken uit naar Nederland. De een arriveert na omzwervingen in Amsterdam, de ander verblijft lange tijd in de noordelijke provincies.
Rik Wouters, die met zijn vrouw Nel al enkele jaren in Bosvoorde woonde, kreeg in de late avond van 30 juli 1914, een dag nadat Oostenrijk-Hongarije de oorlogsverklaring tegen Servië getekend had, zijn oproepingsbevel om zich te melden bij zijn legereenheid. Eric Min, Rik Wouters’ meest recente biograaf, geeft de wederwaardigheden van de nog geen 32 jaar oude kunstenaar in detail weer. De volgende ochtend, 30 juli, vertrekt hij. Op 4 augustus bevindt Rik zich met zijn eenheid bij Luik waar de Duitsers, zonder het land de oorlog te hebben
verklaard, België binnenvallen. Het Belgische leger is geen partij voor de sterke Duitse troepen en Riks commandant laat vrijwel direct de aftocht blazen. Via Visé, Maastricht en Maaseik komt hij, evenals tal van andere soldaten gedeserteerd uit het leger, op maandag 10 augustus in Brussel aan. Lang blijft hij daar evenwel niet want als men hem voorhoudt welk lot hem kan treffen, mocht hij als deserteur worden opgepakt, is hij op 12 augustus al weer terug in zijn regiment nabij Luik. Zijn korte escapade naar Brussel is mogelijk niet eens opgemerkt, aldus biograaf Min. Uiteindelijk belandt Rik een tiental dagen later met zijn compagnie in de buurt van Antwerpen. Daar slaagt hij er in, ondanks de moeilijke omstandigheden waarin het leger verkeert, Nel te ontmoeten. Zijn legereenheid heeft zich ingegraven in de omgeving van het fort van Haasdonk. Nel en Rik weten een paar dagen van elkaars gezelschap te genieten maar niet zonder af en toe flinke risico’s te nemen.
Op 31 augustus trekt Nel in het gezelschap van onder andere Ary Delen, die als een der eerste Belgische kunsthistorici Riks talenten had ontdekt, richting Nederland. Rik zal met zijn eenheid nog tot 10 oktober, de dag waarop Antwerpen in handen van de Duitsers viel, op Vlaamse bodem blijven maar korte tijd later trekt ook hij noordwaarts. Rond 15 oktober bevindt hij zich al in de Juliana van Stolbergkazerne in Amersfoort, een rustiek stadje nabij Utrecht. Het is de bedoeling dat alle Belgische soldaten uiteindelijk naar een legerkamp in aanbouw bij Zeist zullen gaan. Daar komt hij in de eerste week van november als een van de eersten aan.
© Stedelijke Musea Mechelen
In het kamp Zeist weet Rik een aantal tekeningen te maken, met potlood en Oost-Indische inkt, en zelfs een sporadische aquarel. Twee van die tekeningen schenkt hij aan een van de Vlaamse kampartsen: dokter Reimond De Beir, de man die Rik in het kamp onderzoekt voor de hoofdpijnen waaraan de kunstenaar al zo lang leed. Een andere tekening bevindt zich sinds 1954 in het bezit van de stad Mechelen: Interneringskamp te Zeist. Rik moet het al spoedig na zijn komst in het kamp Zeist hebben getekend want het draagt als datering het jaartal 1914.
De verdere lotgevallen van Rik Wouters in Nederland zijn bekend. Dankzij de bemiddeling van kapitein Johan Christiaan Stoett, Riks kampcommandant, mag hij op 31 mei 1915 kamp Zeist definitief verlaten om zich in Amsterdam te laten behandelen aan zijn steeds ondraaglijker wordende hoofdpijnen. Uiteindelijk zal men weinig aan zijn ziekte kunnen doen en op 11 juli 1916 bezwijkt hij aan de gevolgen van kaakbeenkanker.
In het kamp Zeist heeft Rik een kop geboetseerd van Kapitein Stoett, naar alle waarschijnlijkheid zijn laatste beeld. Het in brons afgegoten werk uit het bezit van het Amersfoortse museum Flehite – waar zou het beter bewaard kunnen worden! – prijkt in de tentoonstelling Rik Wouters & co: door de Groote Oorlog getekend. Daar bevindt zich ook een van de twee tekeningen die dokter De Beir van de kunstenaar uit dank voor zijn goede medische zorgen aan hem had geschonken. Zij wordt bewaard in de familie van de arts die het werk graag voor de expositie uitleende. En uiteraard is ook de prachtige tekening van het kamp Zeist uit Mechels stadsbezit in de tentoonstelling te bewonderen. De tentoonstelling kan nog tot en met 28 september 2014 bezocht worden in de nieuwe tentoonstellingszaal van het Hof van Busleyden. Alle werken van Rik Wouters in stadsbezit kunnen met behulp van de knop “Collectie online” bekeken worden via de website van de Stedelijke Musea Mechelen (http://www.stedelijkemuseamechelen.be/).
Wim Hüsken
consulent Behoud en Beheer
Stedelijke Musea Mechelen